Ze kijkt naar hem. Rechte rug, opgeheven hoofd en een arrogante blik in zijn ogen.
‘Ik geloof niet dat u het helemaal begrijpt.’
Hij wijst met zijn pen richting haar om zijn zin kracht bij te zetten.
‘We hebben de dader gevonden. Hij zit vast. Het is klaar.’
De woorden dringen niet tot Sally door. Ze heeft zojuist die zogenoemde dader gezien op een foto, maar het is niet de man die ze herkent van de dinsdagavond drie weken geleden. De meest vreselijke dinsdagavond die ze ooit heeft meegemaakt. Ze voelt zich misselijk worden.
‘Meneer, ik verzeker u dat u niet de juiste heeft opgepakt.’
Sally probeert rustig te blijven, maar het kost haar moeite.
‘Ik snap dat er de afgelopen weken nogal veel is gebeurd en dat u tijd nodig heeft om dit alles te verwerken, maar ik kan u verzekeren dat we grondig onderzoek hebben gedaan en dat dit de man is die we zoeken.’
‘En ik weet honderd procent zeker dat dit niet de juiste man in!’
Ze is de wanhoop nabij. Dit mag niet gebeuren. Er is zoveel mis aan deze situatie. De agent haalt zijn schouders op.
‘Mevrouw, ik heb hier echt geen tijd voor. Ik ga verder met mijn werk. We houden u op de hoogte.’
Sally grijpt hem bij zijn jasje en hij kijkt haar afkeurend aan.
‘Luister nou. Alstublieft!’ Haar lip trilt. ‘Ik heb die man zelf gezien in ons huis. Hij is niet zo lang en hij heeft geen donker haar. Hij is het niet. Ik smeek u om door te zoeken.’
De politieman tegenover haar kijkt haar nu met nog meer medelijden aan. Zijn stem klinkt resoluut.
‘Ik moet echt verder. Sorry.’
Sally laat hem los en zakt door haar knieën. Dit kan niet waar zijn. Ze doet haar ogen dicht en ze is weer terug in de hel van drie weken geleden.
Het is dinsdagavond. Traditiegetrouw eten haar zusje Steffi en zij bij hun ouders, zoals ze dat elke dinsdagavond doen. Maar vanaf het begin is de sfeer anders dan normaal. Haar moeder heeft rode ogen en vlekken op haar gezicht. In stilte schept ze het eten op de borden. Ze haalt zachtjes haar neus op en kijkt naar de gedekte tafel voor zich.
Ook haar spraakzame vader is nu stiller dan ooit. Hij doet alsof zijn neus bloedt en is druk bezig met het eten dat op zijn bord ligt.
Sally probeert een gesprek op gang te brengen, maar haar poging is nutteloos. Steffi speelt met haar vork terwijl ze zachtjes zit te neuriën. Ze heeft nooit goed in de gaten wat er allemaal gebeurt, zo lijkt het. Ze heeft het denkvermogen van een kind van vier, terwijl ze inmiddels al eenentwintig jaar is. Haar krullen springen alle kanten op en ze giechelt als ze een doperwt door de kamer gooit. Niemand reageert.
Steffi pakt weer twee doperwten en gooit ze op de grond.
‘Kijk, kijk, vliegende erwten!’ Haar lach is aanstekelijk, maar er lacht niemand met haar mee.
‘Steffi, stop daar mee.’ De stem van haar vader is duidelijk. Kil.
Sally kijkt naar haar moeder, maar die zit nog steeds met haar hoofd voorovergebogen.
Ondertussen gaat Steffi onverstoorbaar door. Ze grist met haar hand de erwten van haar bord en gooit ze de kamer in.
‘VLIEGENDE ERWTEN!’
Ze lacht steeds harder en slaat enthousiast met haar handen op de grote, houten eettafel.
‘STEFFI! STOPPEN!’
Haar vader is gaan staan. Zijn gezicht is rood aangelopen. Hij smijt zijn servet op tafel en loopt weg. Vlak voordat hij de kamer uit is, draait hij zich om en wijst met zijn vinger naar haar moeder.
‘Dit bedoel ik nou. Het is altijd gezeik hier! En dat komt door jou!’
Ze horen een dichtslaande deur. Sally kijkt naar haar moeder, die zachtjes zit te huilen. Steffi zit intussen met haar vinger op de overgebleven erwten op haar bord te prikken en ze neuriet weer. Dat doet ze altijd als ze nerveus is.
Sally raakt haar moeder voorzichtig aan op haar arm.
‘Mam, wat is er aan de hand?’
Het blijft stil.
‘Mam! Zeg even wat. Het is toch niet normaal wat er allemaal gebeurt?’
Haar moeder kijkt haar met een boze blik aan en zet zich af tegen de grote eettafel.
‘Het is hier verdomme nog nooit normaal geweest!’
Met grote stappen loopt ze weg en Sally richt haar blik op haar zusje. Steffi kijkt voorzichtig terug en ze giechelt met haar hand voor haar mond.’
‘Dit is niet leuk, Steffi. Geen grapjes nu.’
‘Ik ben boos!’ zegt Steffi met een zwaarder gemaakte stem. Ze zet haar hand in haar zij en wijst naar Sally.
Dan draait ze zich om. ‘Ik ben ook boos op jou!’ Dit keer is de stem hoger.
Sally zucht en leunt met haar voorhoofd op haar handen. Dan voelt Ze een warme hand op haar arm en ze kijkt op.
‘Ben jij ook boos?’ Steffi is naast haar komen zitten en kijkt haar met een pruillip aan.
‘Nee lieverd, ik ben niet boos.’ Sally glimlacht en strijkt met haar wijsvinger een pluk haar uit het gezicht van Steffi. Het is zo gek om deze mooie, volwassen vrouw te zien en dan vervolgens een kleuter te horen spreken. Ondanks dat ze het gewend is, betekent het niet dat Sally het altijd makkelijk vindt.
‘Weet jij waarom ze naar elkaar schreeuwen? Is er iets gebeurd, Stef?’
Steffi knikt driftig met haar hoofd.
‘Ja, maar ik mag niks zeggen.’
Sally gaat gelijk rechtop zitten.
‘Maar tegen je zus mag je het toch wel zeggen?’
Steffi klinkt resoluut. ‘Nee. Ik moest mama beloven stil te zijn. Dan zou ze een Barbie voor mij kopen.’ Ze glundert bij het idee en Sally weet dat deze discussie zinloos is. Steffi doet alles voor haar Barbies.
‘Maar mama bedoelde vast niet dat ik het niet mocht weten, toch?’ probeert ze nog en op dat moment hoort ze een knal. En nog één. Het klinkt als vuurwerk, maar dat is onmogelijk in deze tijd van het jaar.
Instinctief duikt Sally onder de tafel en ze trekt Steffi met zich mee.
Steffi klampt zich aan haar zus vast. Ze kijkt haar met grote ogen aan. Sally legt haar vinger op haar mond.
Steffi knikt en doet het gebaar na.
‘Sssttt…’
Er klinken zware voetstappen en Sally houdt haar adem in. Ze ziet de zwarte, modderige schoenen steeds dichterbij komen. Ze hoopt dat Steffi haar mond houdt. De schoenen blijven voor de tafel staan. Ze hoort Steffi nerveus giechelen en binnen enkele seconde vliegt de eettafel door de lucht.
Steffi gilt en Sally trekt haar naar zich toe. Ze voelt hoe haar zus beeft.
Ze kijkt op, recht in het gezicht van een woedende man. Hij is groot en breed. Zijn voeten staan uit elkaar. Zijn vuisten zijn gebald en zijn hoofd barst bijna uit elkaar. Op zijn leren jas zitten bloedspetters.
‘Wie van jullie is Steffi?’
Sally houdt haar hand op de mond van Steffi.
‘Waarom wil je dat weten?’ Sally’s stem trilt, maar ze wil sterk zijn voor haar zusje.
‘Gaan we bijdehand doen?’
Sally staat op en gaat recht voor hem staan. Ze beeft als ze zijn wapen ziet, maar ze houdt zich sterk.
‘Ik wil weten wat je komt doen.’
Op dat moment doet Steffi haar mond open en ze begint heel hard te gillen. Het geluid is zo schel dat Sally hoopt dat het heel snel stopt.
‘Laat dat wijf haar mond houden!’
Sally draait zich naar Steffi toe en grijpt haar stevig vast, maar Steffi slaat met haar vuisten. Sally grijpt met één hand haar armen vast en houdt de andere hand voor haar mond. Ze voelt de warme ademhaling van Steffi tegen haar handpalm aan.
‘Wie van jullie is Steffi?’
Het klinkt iets rustiger, beheerster. De man komt op hen af gelopen en blijft dreigend staan.
‘Ik,’ zegt Sally. ‘Hoezo?’ Haar hand klemt ze nog steeds strak om de mond van haar zusje, die haar met grote, angstige ogen aankijkt. Sally ziet dat er een donkere plek in het kruis van haar broek verschijnt, die steeds groter wordt.
‘Dus jij bent geboren op 11 oktober 1999?’
Hij komt dichter bij Sally staan en ze kan zijn adem voelen. De adem van Sally stokt. Ineens ziet ze het. Die grote, blauwe ogen. De spitse neus. Ze kijkt van Steffi naar hem en weer terug. En nog een keer. Haar greep verslapt zich en Steffi wurmt zich los. Sally blijft stokstijf staan. Het gegil van Steffi komt niet bij haar binnen. Ze staat daar maar als verdoofd. Dit kan niet echt gebeuren. Dit kan niet waar zijn. De gespannen sfeer tussen haar ouders. Haar moeder die niets wil vertellen. Sally schudt haar hoofd, terwijl Steffi de boel bij elkaar schreeuwt en gilt. Ze zwaait met haar armen door de lucht en weet van geen ophouden.
‘Hou je bek!’ schreeuwt de man en hij richt zijn pistool op Steffi, maar die lijkt niks in de gaten te hebben.
‘Niet doen, nee! Stop!’ Sally loopt op de man af.
Het gegil van Steffi wordt hoger en harder.
Sally probeert het pistool uit zijn handen te slaan, maar hij is sterk en duwt Sally met zijn andere hand hard weg.
‘Je mag niet schieten!’ roept Sally.
‘Ze is je….’
Maar het is te laat. Er klinkt een schot en het oorverdovende gegil stopt abrupt.
‘Dochter…’ fluistert Sally.
He Liz! Het is lang lang geleden dat ik überhaupt een boek heb gelezen, maar dit verhaal wil ik steeds verder lezen! Ben heel benieuwd naar je boek☺️.